In het spoor van de Volkswagen Passat is ook de CC vernieuwd. Zozeer dat hij van VW niet eens Passat meer mag heten. Nou…
 
Je kunt over Volkswagen van alles zeggen. Dat ze bijzonder goede auto’s maken. Dat ze die ook erg goed verkopen. Dat je precies weet wat je krijgt en dat dat tegenwoordig al heel wat is. Dat het degelijk, verantwoord, doordacht en kwalitatief hoogwaardig is wat ze maken. Dat ze zich niet gek laten maken door allerlei trends en rages, maar gewoon blijven doen waar ze goed in zijn. Dat ze de ultieme doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg-fabrikant zijn.
 
En daar is, begrijp ons niet verkeerd, helemaal niets mis mee. Auto’s kosten nu eenmaal een hoop geld en daar neem je geen risico’s mee. Een hoop mensen zitten ook helemaal niet te wachten op allerlei modieuze designfratsen, en willen niet eerst de hele gebruiksaanwijzing doornemen om te weten hoe ze het licht aan moeten zetten. Het is niet voor niets dat een Golf al zes generaties gewoon een Golf is, en het is al evenmin gek dat ie al zes generaties een verkooptopper is.
 
Aan de andere kant: een béétje sexy, chic, avontuurlijk of elegant (al naar gelang je smaak) mag het af en toe wel zijn. Uit puur praktische overwegingen mag een wollen onderbroek zo z’n kwaliteiten hebben, je wilt er ook niet altijd in gezien worden. Nu is Volkswagen de beroerdste niet en heeft daartoe een paar wat (mild-)buitenissiger modellen in de aanbieding; de Scirocco bijvoorbeeld, en de Beetle. En de CC.
 
CC, ja, en niet langer Passat CC. Want Volkswagen heeft de gelegenheid van de facelift van de vierdeurs coupé met beide handen aangegrepen om ‘m wat los te trekken van de doordeweekse Passat. Op naamniveau dan, want technisch blijft de CC gewoon een Passat – beetje het omgekeerde dus van wat men eerder deed met de Eos, die juist weer gewoon een Golf Cabrio werd. De achterliggende gedachte snappen we niet helemaal, maar goed.
 
Facelift dus, en geheel des Volkswagens geen erg ingrijpende. De grille werd vernieuwd zodat hij wat meer op die van de Phaeton lijkt (en die van de huidige Passat) – een behandeling die de meeste Volkswagens van de nabije toekomst (de nieuwe Golf bijvoorbeeld) tegemoet kunnen zien. De bumper loopt nu gewoon door, waar hij vroeger als het ware door de grille werd onderbroken; het gevolg is dat de neus een stuk slanker en eleganter oogt. Bi-xenon koplampen met dagrij-led-verlichting zijn standaard. Aan de achterkant werden bumpers en lichtunits eveneens aangepast op een manier die we maar subtiel noemen. In de achterlichten geen rondjes meer, maar horizontale lijnen en led-lampen. Het profiel bleef (zo goed als) ongewijzigd.
 

 
Het interieur is opgefrist, al zullen ook verstokte Passat CC-rijders de verschillen nauwelijks kunnen vinden (en Passat-rijders van het nieuwste model al helemaal niet – het is krek hetzelfde). Oké, er zit nu een klokje onder de ventilatieroosters, net als bij de Phaeton. Er zit zowaar zelfs een randje chroom om die roosters en de verwarmingsknoppen zien er iets anders uit, maar dan heb je het zo’n beetje gehad. De materialen zijn oké (en er is ruim keuze uit kleuren en dergelijke om er iets van te maken dat aan jouw smaak beantwoordt), de afwerking uitstekend en toch… Toch is het eigenlijk een wat saaie bedoening aan boord van de CC. Smaak zat, kraak nul, zogezegd. Dat is jammer; een auto met de elegantie van de CC had, zeker nu ie geen Passat meer mag heten, wat meer eigen(wijs)heid verdiend.
 
Ook motorisch is de CC up-to-date gebracht; op Passat-niveau dan. Er zijn TSI’s en TDI’s en de leukste, de 3.6 V6 met 300 pk, komt niet naar Nederland. Wij reden met de tweeliter TSI met 210 pk, de sterkste benzinemotor dus. Prima motor, die een beetje het zwijgen wordt opgelegd door de handmatige zesbak. Om alles maar zo zuinig mogelijk te maken, zijn de verhoudingen in die bak namelijk zo lang dat je ze in lichtjaren kunt meten. Dat betekent dat je er heel simpel zuinig mee kunt rijden; na elke keer opschakelen valt de motor zo ver in toeren terug dat je optimaal bespaart. En, dat is de keerzijde, minimaal versnelt. Zelden of nooit heb je het idee dik 200 pk onder je voet te hebben. Als je in z’n 6 op de snelweg rijdt en je wilt gewoon vlot inhalen, is het raadzaam niet eens naar 5, maar naar z’n 4 te schakelen – anders moet alles wel héél erg van onderuit komen en daar zit nu eenmaal niet zo veel. Het went, maar gretig of dynamisch wil de CC maar niet overkomen. Oplossingen: een dsg-bak nemen en die permanent in de sportstand vastlijmen of nog beter: een diesel met dsg kopen.
 
Het onderstel van de CC was al prima, en is dat nog steeds. Het is wat steviger dan dat van de Passat en ook de besturing voelt natuurlijker aan. Sportief wordt het nooit, maar daar is de CC ook helemaal de auto niet naar. Ontspannen kilometers maken, dat is z’n ding en daar is ie ook goed in. Verder is de CC nu ook verkrijgbaar met veel elektronica die op andere modellen al leverbaar was (en bij andere merken vaak al jaren). Denk aan automatisch inparkeren, een zelf terugsturende rijbaan-assistent en koplampen die met de bocht mee schijnen. Tikje aan de late kant, maar vooruit. De standaarduitrusting van de CC is riant, zaken als bi-xenonkoplampen, vermoeidheidsdetectie, automatische airco en 17-inch wielen zijn standaard. Leuk, al heeft het wel tot gevolg dat een CC meteen zo’n vijf mille duurder is dan een gelijk gemotoriseerde Passat.
 
Mooie, prima auto hoor, de CC. Al kun je je zo langzamerhand afvragen of het met de komst van auto’s als de Citroën DS5 (of minder directe maar wel opvallende concurrenten als de Hyundai i40 of echte coupés als de Audi A5) niet allemaal wat érg gewoontjes is. Hoewel, als er één merk is dat bewijst dat ook daar een enorme markt voor is…

Volkswagen CC 2.0 TSI 210 pk

 

11/20

 

Cijfers

0-100 km/u: 7,6 s

Top: 242 km/u

Verbruik: 7,3 l/100 km

Motor: 1.984 cc, viercilinder turbo benzine

Aandrijving: voor

Vermogen: 210 pk

Koppel: 280 Nm

Gewicht: 1.440kg

CO2: 171 g/km

 

Prijs

NL: € 43.090

BE: n.n.b.

 

Vonnis

Minimale facelift voor een model dat al mooi en goed was. Rijdt goed, interieur aan de saaie kant – dat kan tegenwoordig veel spannender

Reacties