Als je een Toyota kocht, wist je een paar dingen zeker. Hij was oerdegelijk, hoogstwaarschijnlijk hybride dus reuzeverantwoord, en ongetwijfeld oersaai of foeilelijk om te zien. En je zat er tijden aan vast, want kapot gaan ze nu eenmaal niet. De laatste jaren is er echter iets gaande bij de Japanners. Luxedivisie Lexus bestookt de markt al een tijdje met modellen die op z’n zachtst gezegd ‘anders’ ogen en ook bij Toyota wordt het roer omgegooid. De nieuwe topman Toyoda roept al een paar jaar dat het allemaal wel wat frivoler en sportiever mag, en dat begint nu zijn vruchten af te werpen. Kijk maar eens naar deze nieuwe C-HR. Precies: dat mag je best een stijlbreuk noemen.

Wat moet de C-HR voor auto zijn?

Het is een geval apart, die C-HR. De naam, die het begrip ‘totaal gebrek aan sexy-heid’ naar geheel nieuwe dimensies tilt, staat voor Coupé-High Rider. Je kunt er wel uit afleiden wat de bedoeling geweest moet zijn: een kruising tussen een coupé en een auto met een lekker hoge zit – een SUV dus. Daartoe hebben de ontwerpers de auto horizontaal doormidden geknipt; de onderkant is het SUV-gedeelte, de bovenkant moet aan een coupé doen denken.

Eerdere pogingen die twee schijnbaar tegenstrijdige carrosserievormen te verenigen, hadden niet altijd even prettige gevolgen. De BMW X6 en X4, de Mercedes GLE Coupé en GLC Coupé – ze komen in onze dromen alleen voor als we serieus te zwaar getafeld hebben. De C-HR ziet er, al is dat dus niet zo’n prestatie, stukken beter uit. Je moet er een beetje van houden; het is een nogal druk geheel, een kakofonie van lijnen en lijntjes, en die uitstulpende achterlichten zullen ook zeker niet ieders stijl zijn. Maar vind je dat soort dingen leuk, dan kun je je hart ophalen.

Zijn er nog meer bijzondere design elementen?

De enorm uitstekende wielkasten met plastic beschermstrips moeten een indruk van stoere onverzettelijkheid opwekken, evenals de woeste (en hartstikke neppe) luchtinlaten naast de grille en de diffusor achter. Voor de coupé-impressie moeten bijvoorbeeld de ‘verstopte’ handgrepen van de achterdeuren en vooral de lange, aflopende daklijn zorgen. Die laatste kun je nog eens accentueren door te kiezen voor een zwart dak. De wat wonderlijke, maar wel kloppende proporties verhullen het formaat van de C-HR trouwens heel aardig: hij oogt heel compact, maar is net zo groot als een Nissan Qashqai.

Dat heeft uiteraard prettige gevolgen voor het interieur. Tegen elke verwachting in die de aflopende daklijn oproept, kun je achterin prima zitten, zowel qua hoofd- als beenruimte. De bagageruimte kent een stevige tildrempel, maar is verder ruim zat. Het dashboard is sterk naar de bestuurder gericht en ruim, maar betrekkelijk minimalistisch vormgegeven. Eén blauwe lijn (al naar gelang de uitvoering) loopt over de hele breedte. Het materiaalgebruik is over het algemeen uitstekend. Alle kunststoffen voelen zacht aan en in de pianolak-delen zit een soort metallic glittertje, voor een extra chique uitstraling. Overal, tot in de hemelbekleding toe, komt een wybertjesvorm terug (Toyota vindt het zelf een diamant), die tot een soort designthema gebombardeerd is. Beetje gezocht, maar wel overtuigend uitgevoerd.

De bediening is niet altijd even eenvoudig, door het grotendeels ontbreken van knopjes. Het meeste moet via het touchscreen (of via de knopjes op het stuur) gebeuren, en dat betekent menu’s met soms onduidelijke symbooltjes, waardoor je het grote overzicht nog wel eens kwijt bent. Het zal uiteindelijk wel wennen, maar kostte ons de nodige moeite.

Komt de Toyota C-HR nog een beetje van z’n plaats?

Er zijn twee motorisaties beschikbaar: de 1.2 viercilinder turbo die je ook in de Auris kunt tegenkomen en (uiteraard) een hybride, die de hele aandrijflijn van de nieuwe Prius aan boord heeft. Verder kun je de 1.2 nog met heuse vierwielaandrijving krijgen ook. Nu is die 1.2 gezegend met 116 hele pk’s, wat niet bepaald overgemotoriseerd klinkt als je weet dat de Toyota C-HR 1.2T Bi-Tone dik 1.300 kilo weegt. Wel, die indruk klopt. Een sprintje naar 100 km/u neemt 10,9 seconden in beslag en bij 190 km/u is de pijp leeg. Dat is, nou ja, acceptabel, maar niet erg vlot en zeker niet snel.

Dat zou op zich niet zo’n probleem zijn, als de rest van de Toyota C-HR 1.2T Bi-Tone niet uitgesproken sportief was. Toyota maakt er nogal een punt van dat hij speciaal voor Europa ontworpen is en getuned is bij het testcentrum dat naast de Nürburgring ligt. Dat is te merken. De vering en demping zijn ronduit stevig; niet spijkerhard, maar wel duidelijk gericht op lekker sportief sturen. Hij helt nauwelijks over en heeft overduidelijk lol in bochtige weggetjes. De besturing gaat er met diezelfde instelling tegenaan: hij is vrij licht qua bekrachtiging, maar is precies, direct en geeft meer gevoel dan we ooit eerder bij een Toyota zijn tegengekomen. De handmatige zesbak (er is ook een automaat, maar dat is een CVT – mijden als de mazelen, dus) schakelt voortreffelijk.

De Toyota C-HR 1.2T Bi-Tone rijdt dus heel fijn?

Dat alles zou de C-HR tot een van de leukste Toyota’s die we ooit hebben gereden kunnen maken. Dat hij dat niet is, ligt aan de motor. Het is heus een fijn ding, maar hij is volstrekt niet opgewassen tegen het gewicht van de auto en al helemaal niet tegen diens sportieve aspiraties. Hij heeft gewoon niet de power of de trekkracht (185 arme newtonmetertjes) om ook maar íets meer te doen dan de auto van z’n plek te krijgen en enigszins op gang te houden. Het zadelt de Toyota C-HR 1.2T Bi-Tone helaas op met een nogal schizofreen karakter: hij wil wel, maar kan echt-echt-echt niet. Jammer!

Wat dan wel weer leuk is, is het uitrustingsniveau, zeker op veiligheidsgebied. Rijbaanhulp, actieve cruisecontrol, voetgangersherkenning – het is (onder veel meer) vanaf de basisversie standaard. Op één na: het hulpje dat je laat weten dat er iets in je dode hoek zit. Die moet je apart bijbestellen, terwijl je hem, gezien de joekels van dode hoeken die het coupédak nu eenmaal oplevert, nou juist goed zou kunnen gebruiken.

Toyota C-HR 1.2T Bi-Tone



Motor
1.197 cc
viercilinder turbo
116 pk @ 5.200 tpm
185 Nm @ 1.500 tpm
Aandrijving
voorwielen
6v handbak
Prestaties
0-100 km/u in 10,9 s
top 190 km/u
Verbruik
6,0 l/100 km
136 g/km CO2
D label
Afmetingen
4.360 x 1.795 x 1.565 mm (l x b x h)
2.640 mm (wielbasis)
1.320 kg 50 l (benzine)
377 l (bagage)
Prijzen
NL € 29.795 (25%)
B € 29.100 (C-Hic)

Vonnis:
Een geval apart, die C-HR. Hij ziet er spectaculair uit en zou ook zo kunnen rijden als hij niet in de steek werd gelaten door het motortje, dat alle ambities niet echt kan bijbenen

Reacties

  • Gerard Wilts heeft op 21 augustus 2017 geschreven:

    Ik heb liever een 1.8 liter of een zes cilinder met met een trekkracht van 1800 kilo,een beetje caravan inclusief inhoud en twee fietsen op de dissel weegt al gauw 1500 kilo,als je dan de bergen op moet heb je niks aan dit motortje,verder ben ik een Toyota fan ,wij hebben een Carina gehad van 1992 die ging na 495000 kilometer
    stuk en dat voor een benzine motor en nooit een sleutel aan gezeten,top auto,wij rijden nu Peugeot misschien in de toekomst wel weer Toyota maar dan moet er wel een dikkere motor in..

    Reageer

Laat een antwoord achter aan Gerard Wilts Reactie annuleren

(verplicht)