Een stationwagen met vier cilinders en een turbo, die óók nog diesel drinkt; hoe on-Jaguar wil je het hebben? Trouwe liefhebbers van het merk sidderen van afschuw, en dat is vreemd. Ze zouden blij moeten zijn.

Net als de Porsche-adepten die hardop moesten huilen toen het merk de heidense Cayenne en Panamera uitbracht, zal de doorsnee Jaguarofiel vroeg of laat toch moeten inzien dat ‘zijn’ merk wat uitstapjes richting de concurrentie zal moeten maken om mee te blijven tellen. Op louter klassiek gelijnde koetsen met bibliotheek-achtige interieurs kun je nu eenmaal anno 2014 niet blijven teren. Trouwens, de typische Jaguar saloon is in de recente drang naar vernieuwing toch al gesneuveld, dus waar breken deze mensen zich eigenlijk het met een geruit petje getooide hoofd nog over?

Naast de jongensdromen die ze met auto’s als de F-type volop aanwakkeren, wil Jaguar ook graag een graantje meepikken in de meer gangbare luxe-segmenten. Zoals die van de dieselende stationwagens, waar de Duitse merken en een enkele Zweed de scepter zwaaien. Veelal rationeel gekozen auto’s, waartussen een begeerlijke Brit voor velen een welkome verademing zou kunnen zijn.

Deze wonderschone XF Sportbrake moet het ‘m gaan doen, en daarom is ie er niet alleen met een dikke V6 diesel, maar ook als relatief bereikbare 2,2-liter viercilinder. De versie met 163 pk staat voor minder dan 50.000 euro in de Nederlandse prijslijst, maar wij rijden met de sterkere en flink snellere S – die slechts een paar duizend euro meer kost.

De startprocedure van de XF – waarbij de draaiknop van de automaat uit de middenconsole omhoog rijst en de ventilatieopeningen zich kantelend openbaren – is nog altijd belachelijk en geweldig. Minstens evenzeer waarderen we de schitterende lichtblauwe sfeerverlichting, en de serene rust die er op snelheid in het interieur heerst. Voorwaarde daarbij is wel dat je een constante snelheid rijdt, want tijdens acceleratie laat de motor zich knorrend en brommend horen. Er zijn verfijndere diesels, maar de 2.2D S heeft in ieder geval flink wat kracht voorhanden, en is even schoon en zuinig als de instapversie.

De XF rijdt voortreffelijk, met wat kanttekeningen: de achttraps automaat reageert wat traag in de D-stand (precies goed in S) en de besturing heeft iets lijzigs, dat zich wat onlogisch laat combineren met het vrij stevige onderstel. Het zijn dit soort kleinigheden waarover je bij deze Jaguar zou kunnen struikelen, maar daar staat tegenover dat de Sportbrake op het vlak van design, uitstraling en (daar heb je dat woord) emotie meerdere strepen voor heeft op concurrenten.

Is de XF perfect? Nee. Maakt dat iets uit? Nee. Wie niet valt voor Duitse strebers en prijs stelt op Britse stijl in een cool modern jasje doet er goed aan om zijn centen bij Jaguar achter te laten. De liefhebbers zullen je er ooit dankbaar voor zijn.


Jaguar XF Sportbrake 2.2D S



13/20



Motor

2.179 cc

viercilinder turbo

200 pk / 450 Nm



Aandrijving

achterwielen

8v automaat



Prestaties

0-100 in 8,5 s

top 225 km/u



Verbruik/milieu

5,1 l/100 km

135 g/km CO2, A-label



Afmetingen

4.961 x 1.920 x 1.460 mm (L x B x H)

2.909 mm (wielbasis)

1.735 kg



70 l (diesel)

500 / 923 l (bagage)



Prijzen

NL € 54.900 (25%)

BE € 46.700



Het vonnis

We aanbidden de Sportbrake met 3.0 diesel-V6, maar ook als 2.2 stelt ie niet teleur. Ja, hij is soms wat rauw, maar nog altijd vlot en ruim. En, niet te vergeten, onmetelijk mooi. Dat kun je van een A6 toch niet zeggen?

Reacties

Meer van TopGear