Mocht je het nog niet doorhebben: crossovers zijn hip, en crossovers met gekke naampjes zijn nog hipper. Juke, Captur, Qashqai, Mokka – het kan niet mal genoeg zijn. Daarom is er nu de Kia Stonic.

‘Stonic’, zo verklaart Kia, is een samenvoeging van de termen ‘speedy’ en ‘tonic’. Waarbij dat laatste niet slaat op een drankje dat goed samengaat met een scheutig bodempje Hendrick’s. Nee, het verwijst naar ‘de eerste en laatste noot van een compositie’. Dit alles zou het karakter van Kia’s b-segment-crossover perfect verwoorden. Grotere onzin hebben wij nog nooit gelezen.

Gelukkig is de Stonic zelf allesbehalve onzinnig. Inmiddels kunnen we er niet meer omheen dat men de crossover heeft omarmd als het vervoer van de toekomst. En weet je wat? Als we naar de Stonic kijken, beginnen we het nog te snappen ook. Het ding ziet er verfrissend uit, met strakke lijnen van de kundige hand van Peter Schreyer. En toen Kia vanmiddag ergens in Amsterdam het doek van ‘m af haalde, ontdekten we dat wij, volwassen Hollandse knapen, ontspannen achterin kunnen zitten zonder kramp in onze benen of nek.

Wat kunnen we van de Kia Stonic verwachten?

Kia weet dat personalisatie het toverwoord is bij de jonge zichzelf als jong beschouwende types die crossovers kopen. Daarom bieden ze maar liefst twintig two-tone kleurcombinaties aan, en bijna evenzoveel variaties in het interieur. Het merk belooft dat de auto licht en wendbaar is, met een onderstel en stuurinrichting die speciaal op ons veeleisende Europeanen zijn afgestemd. En er is een uitgebreide voorraad hulpsystemen – zoals een remfunctie met voetgangersherkenning, rijstrookhulp, automatisch grootlicht en vermoeidheidswaarschuwing – plus infotainment met Apple CarPlay en Android Auto.

De Stonic wordt in de tweede helft van dit jaar leverbaar met drie motoren: een 1.2 zonder turbo, een 1.0 T-GDI met 120 pk en een 1,6-liter turbodiesel. Meer specificaties houdt Kia nog even achter, net als de prijzen.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)