Jaguar trok zich in 1956 terug uit de autosport en zat ineens met een schuur vol racespul. Geïnspireerd door kliekjesdag besloot Jaguar de restjes op te warmen en te serveren als een nieuw gerecht. De D-types voor de racerij kregen voorruiten, deuren en een bagagerek: de Jaguar XKSS was geboren. Mechanisch bleef de D-type identiek aan de racer.

Jaguar plande een productie van 25 stuks, maar door een brand in de fabriek gingen negen exemplaren verloren. Nu gaat de autobouwer de resterende Jaguars XKSS (opnieuw) bouwen met de chassisnummers van de overleden exemplaren. Inderdaad: hetzelfde trucje dat ze twee jaar geleden met de zes ontbrekende lichtgewicht E-types uithaalden.

Het project begon met achttien maanden onderzoek. De originele tekeningen werden onder de loep genomen en een origineel exemplaar werd gescand voor een digitaal model. Het handgebouwde Sherwood-groene kunstwerk op deze foto’s waaraan je je nu verlekkert, dient als blauwdruk voor de negen aankomende XKSS-en.

Is de Jaguar XKSS helemaal hetzelfde als vroeger?

Het plaatwerk voor de negen Jaguars XKSS wordt met de hand gevormd uit platen van een magnesiumlegering. Onderdelen zoals de remmen, banden en velgen zijn allemaal identiek aan die uit 1957. Volgens Jaguar is alles, van de structuur van de leren stoelen tot de messing knoppen op het dashboard, gelijk aan het origineel.

De motor is een 3,4-liter zes-in-lijn met 265 pk. In de basis is de motor hetzelfde, op een paar kleine aanpassingen na. Het onderblok is bijvoorbeeld steviger dankzij nieuwe gietijzertechniek en de cilinderkop is nieuw. De brandstoftank is ook steviger gemaakt: wel een veilige gedachte.

Naar schatting verdwijnen er zo’n 10.000 manuren in de Jaguar XKSS. De prijs is dan ook niet mals: 1 miljoen pond, zo’n 1,16 miljoen euro. Ga je dan misschien liever voor een hypercar?

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)

Meer van TopGear