Maak kennis met de nieuwe Cadillac CTS, de auto die zekerheden op losse schroeven zet…
 
Er zijn weinig dingen zó zeker in het leven als de wetenschap dat Amerikaanse auto’s volkomen waardeloos zijn. Het was dan ook bijzonder geruststellend dat onze bondgenoten overzee hun auto’s volstrekt buiten beschouwing lieten in de haast evangelische kruistocht die ons massaal aan de Coca-Cola, McDonald’s en Levi’s bracht. Zo blij als we zijn dat de frisdrank, hamburgers en spijkerbroeken hun weg hier naartoe hebben weten te vinden, zo dankbaar zijn we ook voor het feit dat ze (de meeste van) hun auto’s lekker daar laten. Lelijk, benzineverslindend, onbetrouwbaar, geen bocht door te krijgen en gemaakt door de beroerdste materialen in elkaar te laten schuiven door blinden. Toch fijn dat er nog dingen zijn waar je van uit kunt gaan. Toch?
 
Toch niet. En de auto die voornoemde zekerheden in een grijze plastic zak aan de stoeprand zet is de nieuwe Cadillac CTS. Bij deze oer-Amerikaanse auto van dit oer-Amerikaanse merk klopt werkelijk niet één vooroordeel meer. Nou, eentje dan. Komen we zo op.
 
De CTS is een van de meer extreme exponenten van de hoekige styling die Cadillacs tegenwoordig kenmerkt en die niet bij iedereen in de smaak valt. De Amerikanen zeggen zelf de auto zo ontworpen te hebben dat je hem of mooi vindt of spuuglelijk. Die instelling is misschien uit commercieel oogpunt niet zo erg verstandig, maar hij getuigt in ieder geval van lef. Daar houden we van –eenheidsworst hebben we al genoeg. Hij oogt door al z’n hoeken, sterke wigvorm en scherpe, V-vormige grille behoorlijk agressief. Een extra dosis wordt geleverd door de verticale streep-led’s in de koplampen en achterlichten, die de auto van een kilometer afstand herkenbaar maken. Het kleine maar opvallende roostertje onder de A-stijl is trouwens niet alleen versiering – er wordt op die manier daadwerkelijk motorwarmte afgevoerd.
 
Maar de echte troef en meteen ook de grootste verrassing van de CTS is z’n binnenste. Stap in en probeer van de verbazing je mond maar weer eens dicht te krijgen. In één woord prachtig. Met bijzonder veel aandacht voor detail ontworpen, voorbeeldige materiaalkeuze en -gebruik, keurige afwerking, chic en ’s avonds uiterst sfeervol verlicht – het is ronduit onvoorstelbaar dat dit in de VS gemaakt is. De Amerikanen hebben dan ook geen enkel risico genomen en zijn langsgegaan bij de grotere geesten op toeleveringsgebied. Zo verzorgt Bose de audio, en zijn grote delen van het interieur voorzien van leer en bekleding die handgestikt is door de mensen die dat ook voor Maybach doen. Van het grote scherm in de middenconsole zie je normaal alleen de bovenste helft, als er meer nodig is (bij navigatie bijvoorbeeld), komt de rest van het touchscreen omhoog. Het systeem herbergt ook een harde schijf van 40 Gb, waar je muziek op kwijt kunt of bijvoorbeeld (geinig) radiozenders mee kunt opnemen. Uiteraard kun je je iPod aansluiten en die vervolgens bedienen met de knoppen op het stuur. Alles werkt makkelijk en vlekkeloos, al heeft de navigatiedame ons tijdens de introductie werkelijk alle hoeken van Portugal laten zien, behalve degene die we moesten hebben. Softwareprobleempje, zo heette het.
 
Ook wat betreft het rijden heeft Cadillac sprongen voorwaarts gemaakt. De vorige CTS reed, eerlijk is eerlijk, al verrassend goed, maar dit gaat nog een behoorlijke zet verder. Tijdens de introductie was alleen de achterwielaandrijver met de voorlopige topmotor, een direct ingespoten 3.6 V6 met 311 pk beschikbaar. Hij sprint naar 100 km/u in 6,3 seconden en gaat door tot 249 km/u. Er is een automaat en een handbak – beide voldoen uitstekend, al is de automaat wat traag als je zelf zo nodig moet schakelen. De besturing is afkomstig van de CTS-V en is heerlijk direct en gevoelig. Het onderstel is stevig, maar niet te hard afgeveerd, en klopt gewoon helemaal. Er zijn ook twee andere (zachtere) afstellingen verkrijgbaar, zelfs met vierwielaandrijving, maar dit is een heel goede. Een BMW 5-serie is wat ‘scherper’, een E-klasse wat comfortabeler, maar tsjonge, wat komt de CTS dicht in de buurt. Met enige afstand de beste Amerikaan die we tot nu toe reden. En dat voor een prijs die gemiddeld (bij gelijke uitrusting) zo’n 20 procent lager is dan die van een 5, E of A6. Al zuipen die wel wat minder dan de CTS: een opgegeven (en dus onhaalbaar) verbruik van 1 op 8 is niet echt leuk… Zo blijft er tenminste nog één vooroordeel over Amerikaanse auto’s overeind.
 
Cadillac is overigens nog lang niet klaar met de CTS. Er komt nog een stationversie en een coupé, een zescilinder dieselmotor met 250 pk én een V-versie, die het naar verluidt tot 550 pk moet schoppen. Afgaande op deze eerste ervaringen: laat maar komen. En snel een beetje!

Reacties