Audi S4: 1e rij-indruk (+ video)

Testobject: Audi A4
Uitvoering: S4 Limousine
Locatie: omgeving Frankfurt
Weersomstandigheden: voorzichtig zomers

Hee, de nieuwe super-A4!

Ho ho, niet zo snel. Dit is de S4, de versie van Audi’s populaire middelgrote sedan die bedoeld is om je met heel wat snelheid en in aardig wat comfort van a naar b te brengen. Die super-A4 waar je het over hebt, is de RS4, die achterlijke prestaties zal combineren met ruggengraatvermorzelende sportiviteit.

Waarom zou ik met minder genoegen nemen?

Allereerst omdat de RS4 er nog niet is, al is al wel duidelijk dat ie komt. Ten tweede omdat je misschien een gedistingeerd persoon bent die prijs stelt op een auto die niet van de daken schreeuwt hoe rap ie is. Dát – stille kracht – is waar het bij de S4 om gaat, al begrijpen we niet helemaal waarom Audi deze testauto dan in kijk-mij-nou-rood met dikke zwarte accenten uitvoerde.

Kom anders eens met wat cijfertjes.

Goed. De Audi S4 heeft een geheel nieuwe 3,0-liter V6 turbo met 354 pk en 500 Nm. Dat is significant meer dan zijn supercharged voorganger, en hij is ook nog eens 75 kilo lichter, ondanks dat ie groter en ruimer is. Hij weet je in 4,7 seconden van 0 naar 100 km/u te helpen – 4,9 seconden als je de Avant-versie kiest – en gaat door tot een begrensde top van 250 km/u. Z’n gemiddelde verbruik: 7,3 l/100 km (natuurlijk nooit haalbaar als je rijdt zoals wij), wat overeenkomt met 166 g/km CO2.

En dat alles dus in opperst comfort?

Zo’n beetje wel. Het motorgeluid is smakelijk maar gedempt. Het onderstel is, in tegenstelling tot S-modellen van weleer, nooit onvergeeflijk hard, zelfs niet met de optionele instelbare dempers in de Dynamic-stand. De achttraps automaat – een echte met koppelomvormer, die werd ingezet omdat de S-tronic met dubbele koppeling de 500 Nm niet aan zou kunnen – schakelt met de souplesse van een dansmarieke. En uiteraard is er de Virtual Cockpit en genoeg connectiviteit en veiligheidstechnologie om een encyclopedie over vol te schrijven.

Wat als je hard wilt rijden?

Dat kan natuurlijk, en hoe. Onze testauto was uitgerust met dynamische besturing, die de relatie tussen stuur- en wieluitslag varieert naar aanleiding van je snelheid. Hoewel we liever wat meer voorspelbaarheid hebben, moet gezegd dat het bij vlot links-rechts-bochtenwerk niet gek is. De gretigheid waarmee de S4 de hoek om gaat, is ook te danken aan de subtiele remingrepen die z’n elektronische brein op het binnenste voorwiel uitvoert, en het (optionele) sperdifferentieel, dat dankzij quattro 60 tot 85 procent van de aandrijfkrachten over de achterwielen mag verdelen. Het resultaat: als onderstuur optreedt en je duwt toch door, redt de S4 zichzelf en lijk je een held.

Ik wil er ook uitzien als een held.

Dan moet je later deze zomer even naar de Audi-dealer rennen met minstens 76.000 euro in je achterzak. Voor een Avant ben je altijd 2.300 euro extra kwijt.

Lees de volledige rijtest van de Audi S4 in TopGear Magazine’s augustusnummer, dat op 21 juli verschijnt.