Wereldwegen 12: Monaco/Alpes Maritimes

Redelijk dicht bij huis en vooral bekend gebied voor velen; Zuid-Frankrijk.

 

Op zoek naar een mix tussen ‘het goede leven’ en ‘lekker rijden’? Ga naar Zuid-Frankrijk, de Franse Rivièra om precies te zijn. Laat Nice via de D2564 achter je, trap niet in de verleidingskunsten van de A8, maar ga rechtstreeks door naar Monaco en Monte Carlo. Het is een rustige rit, maar wat zul je genieten. Als je de hellingen richting Monaco afrijdt, heb je een prachtig zicht op de beroemde haven, terwijl je route af en toe wordt onderbroken door tunnels met een hoog klankkastgehalte (vergeet niet terug te schakelen voor je gas geeft).

 

Uiteindelijk kom je in Monaco zelf terecht en rijd een wereld binnen waar mensen verblijven die of heel oud of heel rijk zijn. Maar meestal allebei. Via een wirwar van straatjes met eenrichtingsverkeer naar de haven kom je vanzelf op het parcours van het Formule 1-circuit. Je kronkelt door de bochten langs La Rascasse en het zwembad en rijdt de tunnel in die zo eng lijkt op televisie. Tien tegen één dat je, wanneer de weg weer omhoog en richting Place du Casino gaat, onbeschaamd Formule 1-geluidjes zit te maken. Geeft niets, komt vanzelf goed. Het is er nog smaller dan je denkt. Nelson Piquet omschreef het gevoel dat hij daar had als ‘in een helikopter door je slaapkamer vliegen’. Zou je deze route met 280 km/u doen, dan weet je wat hij bedoelde.

 

Ben je eenmaal op Place du Casino, neem dan uitgebreid de tijd om je te vergapen aan al het moois dat daar te zien is. Voor de deur van de hotels en casino’s staan de duurste auto’s bij bosjes. Na een tijdje kijk je al niet meer op van een Phantom, ook een Veyron begint te vervelen. Heb je een oppepper nodig, ga dan een kopje koffie drinken. Kijk wel uit waar je dat doet, want voor je het weet betaal je voor je bakkie leut twintig euro. Het is een leuk spelletje om de waarde van al die auto’s die je ziet bij elkaar op te tellen.

 

Als je consumptie is opgedroogd, is het tijd weer op weg te gaan. In de bergen rondom de zee heb je prachtige weggetjes te kust en te keur. Vanuit Monaco kun je richting La Turbie gaan. Je volgt dan een deel van de het oude rallytraject. De weg rondom Sospel, de D2204, zal je ook de nodige koude rillingen en zweetdruppels bezorgen.

 

Als je nog puf hebt, kun je daarna een route rijden waar al menig autojournalist een nieuw model heeft mogen ervaren. Over de kleine weggetjes, die met gele borden staan aangegeven, ga je via L‘Escarène en Contes naar St-Martin-du-Var. Wat een trip door deze streek vooral leuk maakt, is dat je zelf je weg moet vinden. Zorg dus dat je een goede kaart en voldoende tijd hebt. Als je Nice weer achter je hebt gelaten, volg dan de N202 richting het westen. Vlak voor St-Julien-du-Verdon zak je weer af naar Castellane. Daar pak je de N85 en gaat richting Grasse. De Rivièra spreidt zich weer voor je uit. In Nice geniet je dan van een heerlijk diner en in een goed hotelbed droom je van die heerlijke wegen en prachtige auto’s.

 

De politie bel je via 17, de brandweer heeft nummer 18. Vergeet niet het telefoonnummer van je creditcardmaatschappij mee te nemen. Misschien moet je je limiet ter plekke verhogen.

 

Veel Nederlanders kunnen de weg naar Zuid-Frankrijk dromen. Vraag daarom je buurman maar wat de snelste route is. Vliegen is ook een optie, maar dan moet je wel zeker weten dat er vliegtuigen gaan.

 

Ga je naar Monaco? Zoek dan een hotel in Nice of Menton, bij de Italiaanse grens. Het kost ongeveer de helft ten opzichte van het ministaatje en er zijn genoeg leuke overnachtingsmogelijkheden. Wil je eens lekker de patser uithangen, ga dan naar Domaine de Terre Blanche (www.terre-blanche.com) in Tourettes. Telefoon: 0033–494399000.

 

Muse – Absolution.

 

Lotus Evora.

 

Renault Mégane RS.

 

Franse frietjes zijn altijd een schot in de roos, zeker als de mayonaise vers is. Ook visliefhebbers kunnen hun hart ophalen, de biefstukken zijn minder goed. Bekijk in Monaco eerst de prijslijst, anders loop je leeg op een simpele lunch.