‘s Werelds eerste hybride onderging een metamorfose. De Prius is nu helemaal klaar voor de massa.
 
Toen de Prius in 1997 in Japan werd geïntroduceerd, was de commotie niet van de lucht: een elektrische auto! Nou is de Prius (vanaf 2000 in Europa te koop), zoals we inmiddels weten, niet elektrisch maar hybride. Het moet Toyota in elk geval worden nagegeven dat ze daadkrachtig en dapper het voortouw hebben genomen in de strijd om het milieu te ontzien.
 
De Prius is, hoewel wat betreft zijn uiterlijk een heel modale auto, een voertuig dat je liefhebt of haat. Dat laatste gebeurt dikwijls vanwege dat uiterlijk. Slecht nieuws voor de Prius-haters: Toyota heeft aan het ontwerp gewerkt. De nieuwe Prius ziet er met name aan de voorkant een stuk mooier uit, maar ook de zijkanten van de auto mogen er zijn. Het blijft een onvervalste Prius, meteen herkenbaar, maar dat heeft – wat ons betreft – inmiddels ook zo z’n charme.
 
Voorin zitten was bij de vorige Prius al geen probleem, achterin zitten is dat ook niet meer: het hoofd stoten is geschiedenis. Hij is echt behoorlijk ruim en het zit allemaal prima – zoals je van Toyota mag verwachten. Het best zit je achter het stuur. Je wordt er letterlijk omgeven door de cockpit, terwijl je zowel de instrumenten als de omgeving zonder moeite kunt overzien. Andere fabrikanten zouden er bijna wat van kunnen leren.
 
De beide motoren zijn goeddeels nieuw, of zo je wilt, tenminste grondig vernieuwd. Een 1,8-VVTi komt in plaats van de 1,5-liter van voorheen – dat betekent van 113 naar 136 pk, en ook de elektromotor is vrijwel geheel herzien. Toyota zegt dat de Prius daardoor niet vooral een eco-mobiel is, maar een auto die rij- en stuurplezier biedt. Met dat idee zoeven we geluidloos Stockholm uit, de Zweedse B-wegen op.
 
Op alleen de elektromotor, in de handmatig in te stellen EV-modus, komt de Prius niet ver (een kilometer of twee), en gaat-ie niet hard (tot ongeveer 50 km/u) maar hij schakelt daarna feilloos naar de benzinemotor (die de accu’s weer oplaadt waarna die de benzinemotor vervolgens weer helpen), en dan begint eigenlijk pas de echte pret in de nieuwe Prius.
 
Hij mag 1.805 kilo wegen, maar in combinatie met een Cw-waarde van 0,25 volgt iets opzienbarends: met een verbruik van een liter of vijf benzine per 100 km is hij extreem zuinig. De fabrieksopgave is 3,9 liter bij gemiddeld verbruik. Om dat te halen, moet je rustig rijden maar dan kun je wel 1.150 km afleggen op een volle tank. Rustig rijden is echter niet wat de auto je oplegt. Hij ligt uitstekend op de weg, stuurt heerlijk en is altijd snel genoeg. Het is dat-ie aan alle kanten schreeuwt: ik ben een Prius, anders zou je zowaar denken dat je in een gewone auto rijdt.
 
‘Een geavanceerd massamobiliteitsconcept’, noemt Toyota deze auto. Dat is veel eer, maar de deze Prius is een vondst. Hij meet zich wellicht niet helemaal met de T-Ford of de Volkswagen Kever, hij stelt wel nieuwe grenzen. De Prius is na tien jaar zoals de Prius bedoeld moet zijn.

Reacties

Meer van TopGear