Ooit probeerde Lexus vooral Duitse luxe-mobielen te evenaren. Dat kunstje hebben ze al jaren onder de knie, dus wordt er hard gewerkt aan de volgende uitdaging: de eveneens typisch Duitse sportsedan voorbijsteken. De nieuwe IS maakt z’n entree.

Hee, jij daar, 3-serie-fanaat. Je houdt van mooie en goede auto’s, dat is duidelijk, maar heb je er wel eens over nagedacht om verder te kijken dan je merk lang is? Steeds meer autofabrikanten mikken erop dat je dat wel zult gaan doen. Naast de usual suspects van Audi en Mercedes zijn er tegenwoordig zat alternatieven in de categorie compacte-sedan-met-sportieve-insteek, van Volvo tot Cadillac en van Infiniti tot Lexus, waar ze op dit moment bezig zijn om alweer de derde generatie IS de wereld in te sturen.

De middelgrote Lexus beet zich vanaf z’n introductie in 1998 stevig vast in de schenen van de Duitse 3, en deed dat niet onverdienstelijk. Toch bleef die eerste IS voor ons altijd een onwillekeurig dubieus petjesimago houden, met z’n gepolijste schakelpook en achterlichten waar eksters op afkwamen. Het was misschien een prima auto, maar met verfijning had ie niets te maken.

Z’n opvolger schopte het op dat vlak al een stuk verder, al was het maar omdat ie veel frisser, hoogwaardiger en volwassener oogde. Dat is eigenlijk zwak uitgedrukt: de vorige IS zag er gewoon uitstekend uit. Met z’n moderne en krachtige V6-motor reed ie ook prettig. Er was voor het eerst een diesel te krijgen, en nog mooier: een serieuze hardcore variant in de vorm van de IS-F.

Verstandig van Lexus om de nieuwste versie – groter, flink ruimer, geavanceerder – geen radicaal ander uiterlijk mee te geven. Aan de voorkant eisen de trapeziumgrille en de flitsende dagrijverlichting de aandacht op, maar toch is meteen duidelijk dat de IS zich evolutionair heeft ontwikkeld. De achterkant vertelt een ander verhaal; daar zijn de Lexus-ontwerpers ogenschijnlijk uitbundig losgegaan met een aantal nieuwe ingevingen. Die puntige achterlichten zijn even wennen, maar voor de rest: we voelen ‘m.

Hoed je als je de deur opent, want het rustieke en ingetogene dat het binnenste van de vorige IS kenmerkte, is volledig overboord gegooid en heeft plaatsgemaakt voor een hoop hightech. Op het eerste gezicht heeft het veel weg van een opeengestapelde chaos van knopjes, displays en functies, zoals ze dat in Japan zo treffend in elkaar kunnen zetten. Tot we iets beter kijken. Verrassing: het uitvoerig bedienbare en instelbare dashboard van de IS is volstrekt logisch en wijst zichzelf. In deze F Sport-uitvoering zit voor onze neus een ronde teller, die net als in de LFA opzij kan schuiven om een extra scherm te onthullen. Dat is dus gewoon heel erg cool.


Het grote scherm in de middenconsole kun je bedienen met een muisachtig ding, dat z’n weerstand en gedrag verandert naar aanleiding van de hoeveelheid klikbare opties en hun positie. Slim gevonden, en na een beetje oefenen werkt het best fijn. Wat wel afbreuk doet aan de slick-heid van het geheel, is de felgekleurde navigatiekaart, die er uitziet alsof ie zo uit een Carin-systeem uit 1997 is getild. Jammer, maar vast niets wat een toekomstige software-update niet kan verhelpen.

Dan het grote nieuws: de compacte Lexus wordt voor het eerst als hybride aangeboden. Het beestje heet IS 300h, en in Nederland en België is het de enige verkrijgbare versie van de IS. Vanwege CO2 (99 g/km voor de basisversie), bijtelling (20 procent), dat soort dingetjes, je kent het wel.

Op basis van de naamgeving zou je misschien verwachten dat de auto een V6 aan boord heeft, maar zoals zo vaak klopt dat niet: het is een forse viercilinder benzinemotor van 2,5 liter, goed voor 181 pk. Deze is gekoppeld aan een elektromotor van 143 pk, wat middels een vast heel interessante formule een gecombineerd vermogen oplevert van 223 pk. Een traploze automaat zorgt voor de overbrenging naar de achterwielen. Na alle horror-cvt’s die we in de loop der jaren meegemaakt hebben, is deze een relatieve verademing: hij probeert zich meestal als een gewone automaat te gedragen en laat zich effectief en pijlsnel met de flippers bedienen. Toch kan ook deze bak zich niet meten met een traditioneel exemplaar met vaste trappen, want het gemis van een tastbare verbinding tussen motor en wielen valt niet te verbloemen. De motor maakt toeren en de auto reageert op een soort veerkrachtige manier, een beetje als zo’n moerasboot met een enorme ventilator achterop. Begrijp ons niet verkeerd, in het dagelijks verkeer rijdt het heerlijk, volmaakt soepel en ontspannen; misschien juist wel omdat er totaal geen scherpte in zit. Ergens is dat zonde, omdat de rest van de IS zich beter dan ooit leent voor het sportievere werk.

We verwachtten in eerste instantie een auto in de lijn van de GS 450h: snel, comfortabel, stiller dan een muis op een bedje van eendendons, maar qua sportiviteit toch een aantal treetjes lager op de ladder waarop BMW triomfantelijk staat te zwaaien. Al die aannames kloppen, maar de laatste niet helemaal. De nieuwe IS is stijver geconstrueerd en mooi gebalanceerd (het accupakket ligt achterin), stuurt verslavend direct en heeft – zeker als F Sport – een onderstel dat steeds gretig uitkijkt naar de volgende bocht. Zet je de grote knop op de middenconsole in de stand Sport of Sport+, dan gooi je ‘m al snel in het rond als een blije peuter z’n strandbal.

Lexus wil nog altijd niet hebben dat je het te bont maakt – schakel je de tractiecontrole uit, dan zet de auto ‘m gewoon meteen weer aan – maar ach, een driftje leggen gaat je met deze aandrijflijn toch niet lukken.

Dat is het aparte aan de IS 300h. In z’n dappere strijd tegen de brutale Duitse oppositie wordt ie belemmerd door z’n eigen fatsoen. Hij is het jochie dat van z’n vader moet excelleren op het sportveld, maar wel stipt voor het eten thuis moet zijn en ’s zomers niet mee op kamp mag. Knap dat ie dan toch heel behoorlijk weet te presteren.


Lexus IS 300h F Sport



13/20



Motor

2.494 cc

viercilinder + elektro

223 pk / koppel n.b.



Aandrijving

achterwielen

cvt automaat



Prestaties

0-100 in 8,4 s

top 200 km/u



Verbruik/milieu

4,7 l/100 km

109 g/km CO2, A-label



Afmetingen

4.665 x 1.810 x 1.430 mm (L x B x H)

2.800 mm (wielbasis)

1.595 kg



66 l (benzine)

450 l (bagage)



Prijzen

NL € 45.590 (20%)

BE € 45.840



Het vonnis

Mooie auto, erg goede auto, maar ook een auto die een beetje in de knoop zit met zichzelf. Desondanks een fijne manier om kilometers te maken

Reacties

Meer van TopGear