Ooit, lang geleden, monteerde Ford een astmatisch 2,3-liter viercilindertje in hun trotse Mustang. Dat pakte niet erg prettig uit. Nu doen ze het opnieuw met deze Ford Mustang EcoBoost Convertible. Onze verwachtingen zijn gepast laaggespannen.

Waarom je toch voor de V8 moet gaan

Het is niet voor niets dat Ford plots de overstap naar Europa durft te wagen met deze nieuwe Mustang. Er is eindelijk een versie die hier, op het continent van de dure peut, een beetje kans van slagen heeft. Iedereen mekkert namelijk wel altijd dat ‘een Mustang een V8 hoort te hebben’, maar we moeten nog maar zien dat er één Nederlander is die a) de achterlijke, door CO2-boetes opgejaagde aanschafprijs wil ophoesten, en b) er vrede mee heeft dat hij elke maand de helft van zijn inkomen bij de pomp moet achterlaten. Feit is: als het erop aankomt, gaat de portemonnee bij de meesten vóór het hart.

Niet bij ons, overigens. Daarom rijden wij in toffe auto’s. We leven wel op water en brood en we gaan nooit fatsoenlijk met vakantie. Dit geeft ons volledig recht van spreken als we zeggen: Mustang-fans die de zwaardere motor mijden, ga je schamen. Voor je liefhebberij dien je op andere vlakken wat in te schikken. Ben je daar niet toe bereid? Dan verdien je niet beter dan een trage, uitgemergelde ‘net niet’-uitvoering van de auto die je begeert.

De viercilinder is een hele fijne auto

Ons oordeel is hard, maar het scheelt dat Ford zelf jullie een stuk beter gezind is. Wat wil het geval: de nieuwe Ford Mustang EcoBoost Convertible is absoluut geen karige machine. Z’n 2.3’tje schopt het tot 317 pk en zal binnenkort ook in de nieuwe Focus RS te vinden zijn. Hij maakt een leuk brommerig geluid. Via z’n speakers weliswaar, maar vooruit. Hij krijgt zijn eigen zesbak en differentieel met een kortere overbrenging dan de V8. Niet dat ie die per se nodig heeft; vanaf pakweg 2.000 toeren smijt ie met koppel als een kwaaie aap met poep.

De Ford Mustang EcoBoost Convertible is snel. In 5,8 seconden van 0 naar 100 km/u, daarvoor hoeft niemand zich te schamen. Het gewicht zit minder in de neus dan bij de V8. Dat stellen we vooral in bochten op prijs. Wanneer we ‘m op de Duitse Autobahn naar z’n topsnelheid rijden, siddert de motorkap alsof er iets wil ontsnappen. Op z’n best is de EcoBoost Convertible als we kalmpjes door dorpjes en over achterafweggetjes toeren. Luierend met de wind in ons haar. En het schaamrood op onze kaken.

Keuzestress: zakgeld en viercilinder of arm en V8

Want ja, we moeten het toegeven: we genieten van de nieuwe instap-Mustang. Het is geen suf en slap aftreksel van het echte werk. Hij biedt je zeker 80 procent van wat je zoekt in een volbloed ponycar. Dat (in Nederland) voor minder dan de helft van de prijs. Ford opent met de EcoBoost een grote deur voor een hoop Mustang-minnende mensen. Dat alleen al is nobel te noemen. Die laatste 20 procent is nu net wat de auto zo uniek en spannend maakt. Gelukkig kan je dat gemakkelijk negeren voor dit bedrag. Tenzij je in België woont. Want als je niet voor een paar duizend euro extra de V8 aanschaft, verklaren we je voor gek.

Specificaties Ford Mustang 2.3 EcoBoost Convertible


Motor
2.300 cc
viercilinder turbo
317 pk @ 5.500 tpm
432 Nm @ 3.000 tpm

Aandrijving
achterwielen
6v handbak

Prestaties
0-100 km/u in 5,8 s
top 240 km/u

Verbruik (gemiddeld)
8,2 l/100 km
184 g/km CO2
D-label

Afmetingen
4.784 x 1.916 x 1.394 mm (l x b x h)
2.720 mm (wielbasis)
1.715 kg
59 l (benzine)
332 l (bagage)

Prijzen
NL € 53.600 (25%)
BE € 39.000

VONNIS
Knap hoe Ford de zuinige en schone Mustang EcoBoost het juiste karakter mee heeft weten te geven: je hebt niet het idee met ‘iets minders’ onderweg te zijn. Een compromis dat aanvoelt als een alternatief

Reacties