Daar is hij dan: de Cadillac ATS, de auto die het merk voor eens en voor altijd de Europese waardering moet geven die Cadillac al decennia lang nastreeft.

Eén ding is zeker: aan de looks zal het niet liggen, want de ATS is een fraai model geworden. Inderdaad, hij heeft veel weg van een geslonken CTS en dat is goed nieuws tussen de BMW 3’s, Audi A4’s en Mercedes C’s die hij moet gaan bevechten. Die zijn allemaal zo rond als een druppel water en dan steekt dat typisch rechthoekige Cadillac-design daar wel zo lekker tegen af. 

Ook de binnenkant ziet er fijn uit; Cadillac heeft met eerdergenoemde CTS duidelijk laten eindelijk begrepen te hebben dat Europeanen nu eenmaal geen genoegen nemen met cheap-ass plastics en rammels die je al op de eerste perdfoto’s kunt horen, en heeft in diezelfde gedachte het ATS-interieur ontworpen. Mooi bedacht, mooi gebouwd van mooie materialen dus. 

Motorisch hoeft ook niemand zich zorgen te maken. Als de ATS onze kant op komt (wat in het laatste kwartaal van dit jaar het geval is) zal dat in eerste instantie zijn met keus uit een tweeliter viercilinder turbo van 274 pk of een 2,5-liter viercilinder met 203 pk. In de VS komt daar nog een 3,6-liter V6 met 323 pk bij, maar het is nog niet zeker of die ook naar Europa komt. Ook is men nog aan het nadenken over een diesel, die zomaar eens van BMW-origine zou kunnen zijn. Daarnaast kun je nog op een razendsnelle V-versie kunnen rekenen. Een coupé komt er ook, maar helaas geen station- of cabriovariant. Je schijnt de keus te hebben qua aandrijving: normaal gesproken moeten de achterwielen het alleen opknappen, maar vierwielaandrijving wordt ook leverbaar.

Aardig is nog om te vertellen dat Cadillac veel tijd en geld heeft gestoken in het infotainmentsysteem, dat de naam CUE (Cadillac User Experience) heeft meegekregen. Het idee is simpel maar goed: je kunt aangeven of je een simple user bent of een super user of iets daar tussenin. De eerste wordt niet lastiggevallen met info die hij niet wil hebben en hoeft dus geen hogere digi-cursus te volgen (wel zo handig voor je pa), de laatste kan zich naar hartelust uitleven met allerhande voice-activated ellende en wat dies meer zij.

De ATS is de opvolger van de BLS, die met een gerust hart als een van de grootste faalhazen van het vorige millennium kunt omschrijven. Nu was die BLS ook niets anders dan een Saab 9-3 (en we weten allemaal hoe het daarmee is afgelopen) in een ander jasje, en een auto die niemand wil in de jas van een merk dat niemand wil, kan ook maar lastig een succes worden. Wat dat betreft ziet het gesternte van de ATS er stukken beter uit. Wij zijn in ieder geval reuze benieuwd naar hem!

 

Reacties